Diccionario neerlandés–español

Traducción española de la palabra neerlandesa grijpen

neerlandés → español
  
neerlandésespañol (traducido indirectamente)esperanto
(aangrijpen; bemachtigen; te pakken krijgen; vastgrijpen)
agarrar
;
apoderarse de
;
asir
;
coger
(beetpakken; vatten)
agarrar
(aanpakken; aanvallen; attaqueren)
agredir
;
atacar
(bemachtigen; grijpen; te pakken krijgen; vastgrijpen)
agarrar
;
apoderarse de
;
asir
;
coger
(ontroeren)
conmover
afectar
(beetpakken; grijpen; vatten)
agarrar
(snappen; vatten; verstaan);
entender
(tussenbeide komen)
intervenir
(mislopen; missen)
perder
maltrafi
(gebeuren; geschieden; gevallen; omgaan; passeren; plaatshebben; plaatsvinden; voorvallen; zich afspelen; zich voltrekken; zich toedragen; vóórkomen)
acontecer
; ;
realizarse
;
tener lugar
(aangrijpen; bemachtigen; grijpen; te pakken krijgen)
agarrar
;
apoderarse de
;
asir
;
coger