English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word suit

Dutch/English
English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(outfit; set; complement)
(be appropriate; be suitable; comply; fit)
gelegen komen
; ; ; ;
(costume; outfit; dress);
(be suitable; fit; be of use; serve; do);
geschikt zijn
(charge; claim; demand);
vordering
(action; hearing; trial; court case)
(fit; make … look)
aspektigi
(clothe; dress; fit; array; attire)
vesti
(emblem; logo; symbol);
zinnebeeld
(dinner‐jacket; black tie)
bathing‐suit
counter‐suit
(counterclaim)
tegeneis
diving‐suit
(diving‐dress)		;
(dress coat; full evening dress; tails; full dress; white tie)
civila proceso
🔗 The porn star, whose real name is Stephanie Clifford, claims in the lawsuit to have had an affair with Trump several years prior to his presidency.
suitable
(decent; fitting; proper; appropriate; seemly; becoming; befitting; decorous)
voegzaam
suitable
(appropriate; becoming; seemly; expedient; proper; applicable; meet; befitting)		; ; ;
toepasselijk
(of use; appropriate; apt; due; expedient; right; useful; fitting; applicable);
🔗 You will receive a suitable compensation.
suitable
(of use; serviceable)
suitcase
(valise; grip)		;

EnglishDutch
suit⇆ aanpassen; ⇆ aanzoek; ⇆ bekomen; ⇆ conveniëren; ⇆ deux‐pièces; ⇆ gelegen komen; ⇆ geschikt zijn voor; ⇆ goed bekomen; ⇆ kleur; ⇆ kostuum; ⇆ liggen; ⇆ mantelpak; ⇆ pak; ⇆ passen; ⇆ pleit; ⇆ proces; ⇆ rechtsgeding; ⇆ schikken; ⇆ staan; ⇆ stel; ⇆ uitkomen; ⇆ verzoek; ⇆ verzoekschrift; ⇆ voegen
be not suited to be⇆ niet deugen voor
birthday suit⇆ Adamskostuum
bring a suit against⇆ een aanklacht indienen tegen
fail to follow suit⇆ troef verzaken
file a suit against⇆ een aanklacht indienen tegen
hazmat suit⇆ gaspak
in his birthday suit⇆ in zijn blootje; ⇆ in z’n blote bast
it doesn’t suit me⇆ het komt mij niet goed uit
it suits as a saddle suits a sow⇆ dat staat als een vlag op een modderschuit
it suits my book⇆ het komt in mijn kraam te pas; ⇆ het komt me goed uit
it suits my case⇆ het komt in mijn kraam te pas; ⇆ het komt me goed uit
it suits my game⇆ het komt in mijn kraam te pas; ⇆ het komt me goed uit
it suits my purpose⇆ het komt in mijn kraam te pas; ⇆ het komt me goed uit
long suit⇆ lange kleur
lounge suit⇆ colbert; ⇆ colbertkostuum
pinstripe suit⇆ krijtstreeppak
pyjama suit⇆ pyjama
ready‐made suit⇆ confectiepak
sailor suit⇆ matrozenpak; ⇆ matrozenpakje
ski suit⇆ skipak
sports suit⇆ sportkostuum; ⇆ sportpak
suit ill⇆ misstaan
suit of armour⇆ pantser; ⇆ rusting; ⇆ wapenrusting
suit of clothes⇆ kostuum
suit of mourning⇆ rouwkostuum
suit oneself⇆ iets naar zijn gading vinden; ⇆ naar eigen goeddunken handelen; ⇆ zich voorzien
suit the action to the word⇆ de daad bij het woord voegen
suit to⇆ aanpassen aan
suit yourself!⇆ ga je gang!
three‐piece suit⇆ driedelig pak
tunic suit⇆ tuniekpak
bathing‐suit⇆ badpak; ⇆ zwempak
counter‐suit⇆ tegenproces
diving‐suit⇆ duikerpak; ⇆ duikerspak
dress‐suit⇆ rokkostuum
lawsuit⇆ actie; ⇆ geding; ⇆ pleit; ⇆ procedure; ⇆ proces; ⇆ rechtsgeding; ⇆ rechtszaak; ⇆ twistgeding
love‐suit⇆ huwelijksaanzoek
mourning‐suit⇆ rouwkostuum
nonsuit⇆ <royering van een rechtszaak>; ⇆ de eis ontzeggen; ⇆ royeren
playsuit⇆ speelpakje
riding‐suit⇆ rijkostuum
spacesuit⇆ ruimtepak
suitable⇆ doelmatig; ⇆ gepast; ⇆ geschikt; ⇆ passend; ⇆ toepasselijk; ⇆ voegzaam
suitcase⇆ handkoffer; ⇆ koffer; ⇆ koffertje; ⇆ platte koffer; ⇆ reiskoffer; ⇆ valies
suited⇆ geschikt
suiting⇆ kostuumstof
swimming‐suit⇆ zwempak
swim‐suit⇆ zwempak
tracksuit⇆ joggingpak; ⇆ trainingspak
wedding‐suit⇆ trouwpak
wetsuit⇆ wetsuit