Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word kantwerk
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(boord) | ; ; ; | |
🔗 Hij sprong op de kant, baggerde enkele meters door de modder, keek weer en kwam toen terug. | ||
(marge; rand) | ||
lace | ||
🔗 Sneeuwwit kant omhulde zijn smalle polsen. | ||
(leiding; richting) | direction ; | |
🔗 Welke kant ging hij op? | ||
(zijde) | ||
🔗 Volgens John Kirby, woordvoerder van het Witte Huis, dreigt Avdijivka in handen te vallen van de Russen vanwege munitietekorten aan Oekraïense kant. | ||
handiwork | ||
🔗 Dit is het werk van de Heilige Geest. | ||
(arbeid; emplooi; karwei) | ; | |
🔗 Ik was nog niet tot werk in staat. | ||
tow ; oakum | ||
(boekwerk; opus) | ||
🔗 Naast al deze geschreven werken bevatte de grote bibliotheek echter nog veel meer. |
Dutch | English |
---|---|
kantwerk | ⇆ lace‐work |
kant | ⇆ angle; ⇆ aspect; ⇆ border; ⇆ brim; ⇆ brink; ⇆ confine; ⇆ edge; ⇆ end; ⇆ face; ⇆ hem; ⇆ lace; ⇆ marge; ⇆ margin; ⇆ part; ⇆ side; ⇆ rim; ⇆ way; ⇆ direction; ⇆ neat |
kantwerker | ⇆ lace man |
kantwerkster | ⇆ lace woman; ⇆ lace‐maker |
werk | ⇆ avocation; ⇆ business; ⇆ char; ⇆ chore; ⇆ doing; ⇆ employ; ⇆ employment; ⇆ fabric; ⇆ job; ⇆ labour; ⇆ motion; ⇆ oakum; ⇆ opus; ⇆ performance; ⇆ pursuits; ⇆ work; ⇆ stint; ⇆ tow |