Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word hoekpunt

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 De tak waarop ik me bevond, leidde met een kleine hoek naar de steile rotswand, en toen ik erlangs verder klauterde, merkte ik dat het uiteinde van de tak juist boven een smalle richel reikte, die aan de ingang van een smalle grot uit de rotsen stak.
🔗 Maar wat doe je daar in die hoek?
🔗 Met deze woorden verdween hij om de hoek.
;
🔗 Ik heb hierin de belangrijkste punten genoteerd.
(piek)
🔗 De punt van het mes prikte in de huid van zijn keel.
(oog; stip); ;
full stop
;
;
🔗 Zo zijn er scholen die eindcijfers met één punt ophogen.
🔗 Laat men de cirkel terugwentelen, dan komt het punt P in O.

DutchEnglish
hoekpunt angular point
hoek angle; corner; hook; nook; pit; quoin; recess; square; fish‐hook
punt apex; chapter; corner; count; cusp; dot; fluke; full stop; head; issue; item; mark; neb; nib; nub; particular; peak; period; point; post; prick; prong; spike; toe; wedge; spire; up; top