Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word de neus optrekken voor

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
fore
;
forefront
🔗 Hij stond op de neus en probeerde door het regengordijn heen te kijken.
🔗 Voor Dolf kon reageren, raakte de man hem vol op de neus.
(versnellen; accelereren);
pick up
(ophalen)
🔗 Hij trok de wenkbrauwen op en staarde misprijzend naar het voedsel.
(bouwen);
🔗 Het hout, waarvan dit gebouw was opgetrokken, was nieuw.

DutchEnglish
de neus optrekken voor sneer at; sniff at; turn up one’s nose at
neus hooter; neb; nose; nozzle; pecker; proboscis; toe; toe‐cap
optrekken accelerate; cock; consort; draw; draw up; gather up; hitch up; hunch; lift; pick up; pull ahead; pull away; pull up; put up; raise; run up; turn up; shrug; march