Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word dóórlezen

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
🔗 Hij doorlas nog een laatste keer het dossier van de jongen.
(uitlezen);
read out
finlegi
🔗 Wat ik moet doen, dacht hij, is die boeken eens grondig doorlezen.
(aflezen)
🔗 Lees je nooit kranten?
(lezing)
🔗 Het lezen heeft u ontmoedigd?

DutchEnglish
dóórlezen go on reading; go through; peruse; read on; read through
doorlézen go over; peruse
doorlezing reading; perusal
lezen cull; lease; peruse; read; reading; glean; gather