Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord terugbezorgen
| Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| (heruitzenden; retourneren; terugsturen; terugwijzen; terugzenden) | relay ; resend ; send back | resendi |
| (brengen) | ; ; fetch and carry ; retrieve | |
🔗 U stopt hier om een pakket te bezorgen. | ||
| (aanrichten; berokkenen; teweegbrengen; veroorzaken; ten gevolge hebben; zorgen voor) | ||
| Nederlands | Engels |
|---|---|
| bezorgen | ⇆ cause; ⇆ deliver; ⇆ distribute; ⇆ earn; ⇆ find; ⇆ gain; ⇆ get; ⇆ give; ⇆ procure; ⇆ provide; ⇆ settle; ⇆ take; ⇆ win |