Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord prick one’s ears
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
🔗 “Just two words,” said Jubal, “for your ears alone.” | ||
(cock; pecker; dick; willy; member; rod) | ; | |
(pick; stab; sting; pierce; puncture; pique; stick; jab; poke; goad; prickle) | ; ; ; | |
(sting; stab; twinge) | ; | |
(puncture) | punkcii |
Engels | Nederlands |
---|---|
prick one’s ears | ⇆ de oren spitsen |
ear | ⇆ aar; ⇆ in de aren schieten; ⇆ lepel; ⇆ oor; ⇆ oortje |
prick | ⇆ aansporen; ⇆ de sporen geven; ⇆ doorprikken; ⇆ dóórsteken; ⇆ een gaatje maken in; ⇆ hazespoor; ⇆ hondelul; ⇆ lul; ⇆ pik; ⇆ pikken; ⇆ priemen; ⇆ prik; ⇆ prikje; ⇆ prikkel; ⇆ prikkelen; ⇆ prikken; ⇆ prikken in; ⇆ puncteren; ⇆ punt; ⇆ spitsen; ⇆ spoor; ⇆ steek; ⇆ stekel; ⇆ steken; ⇆ stip; ⇆ tamp |