English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word recovering

English	Dutch (translated indirectly)	Esperanto
recover (reclaim; recoup; regain)	herkrijgen ; herwinnen	reakiri
recover	bekomen ; herstellen	reboniĝi
🔗 It is hard to see how she can recover politically from so many self‐inflicted wounds.
recover (win back; recoup)	terugwinnen	regajni
🔗 I cannot tell you how to recover her if found.
recover (heal; get better)	beter worden ; genezen ; herstellen	resaniĝi
recover (find back; find again)	terugvinden ; weervinden	retrovi
🔗 A large part of the skeleton of this theropod was recovered.

English	Dutch
recover	⇆ achterhalen; ⇆ bekomen; ⇆ bergen; ⇆ béteren; ⇆ beter worden; ⇆ doen herstellen; ⇆ erbovenop komen; ⇆ genezen; ⇆ goedmaken; ⇆ herkrijgen; ⇆ heroveren; ⇆ herstellen; ⇆ herwinnen; ⇆ inhalen; ⇆ innen; ⇆ opnieuw bekleden; ⇆ overtrékken; ⇆ schadevergoeding krijgen; ⇆ terugkrijgen; ⇆ terugverdienen; ⇆ terugvinden; ⇆ terugwinnen; ⇆ weer bedekken; ⇆ weer bijkomen; ⇆ weer gezond worden; ⇆ weer op de been krijgen; ⇆ weervinden; ⇆ zich herstellen; ⇆ zijn eis toegewezen krijgen

English

Dutch

recover

⇆ achterhalen; ⇆ bekomen; ⇆ bergen; ⇆ béteren; ⇆ beter worden; ⇆ doen herstellen; ⇆ erbovenop komen; ⇆ genezen; ⇆ goedmaken; ⇆ herkrijgen; ⇆ heroveren; ⇆ herstellen; ⇆ herwinnen; ⇆ inhalen; ⇆ innen; ⇆ opnieuw bekleden; ⇆ overtrékken; ⇆ schadevergoeding krijgen; ⇆ terugkrijgen; ⇆ terugverdienen; ⇆ terugvinden; ⇆ terugwinnen; ⇆ weer bedekken; ⇆ weer bijkomen; ⇆ weer gezond worden; ⇆ weer op de been krijgen; ⇆ weervinden; ⇆ zich herstellen; ⇆ zijn eis toegewezen krijgen