English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word air

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(aria; tune)
(aerate)
(expression; mien; look; appearance)
(impression; aura; impress); ; ;
🔗 There had been an indefinable air of satisfaction in the swing of her arms and the poise of her head.
🔗 The enemy attacked Kyiv from the air for the second time this month.
🔗 Rand sagged, gulping air and scrubbing cold sweat off his face with his sleeve.
(airy)
lucht‐
;
met lucht gevuld
🔗 The searches in Delhi and Muṃbaī had come weeks after the broadcaster aired a documentary in the UK critical of Mr. Modī’s rôle in the 2002 Gujarat riots.
(air force base);
🔗 There was an air base there, used by the Allies to attack parts of New Guinea.
(airlift)
vliegramp
🔗 They will also pay attention to how the victims of the air crash are treated by the Iranian élite.
;
;
air mattress
(airbed)
pneŭmatika matraco
(air‐raid; airstrike; aerial attack)
🔗 After an air strike on Wednesday morning, the roof of a police building in central Charkiv collapsed as it was engulfed in flames.
be on the air
(transmit; broadcast)
;
dissendi
open air
libera aero
take the air
(go for a walk; stroll)
aan de wandel zijn
; ; ;
(balloon; aerostat)
(air mattress)
pneŭmatika matraco
verfspuit
<op gematigde temperatuur houden>
🔗 Some live in storage containers, others in company dorms with no air‐conditioning and others in even worse housing conditions.
vliegtuigbemanning
aviadila homekipo
(anti‐aircraft defence; anti‐aircraft defences);
(aerodrome; airfield)
(drop; parachute)
paraŝutigi
(aerodrome; airdrome)
🔗 A man has been fined after admitting flying a drone over an airfield, police said.
(aerofoil);
vliegtuigvleugel
(stewardess)
stewardess
;
(broadcast; transmission)
(aerogram)
aerpoŝta letero
(aerogram)
(air bridge)
(airway)
(airline company; aviation company);
🔗 Airlines will be able to receive compensation for lost revenues stemming from forced flight cancellations while the state will support 11 airports in central and southern Russia, Interfax said.
(aviator; aeronaut; pilot);
;
vlieghaven
🔗 Kyselivka is about 12 kilometres from Cherson’s airport, which has been used as a command post and base by Russian forces.
(airstrike; air strike; aerial attack)
aera rezisto
aermalsana
🔗 Several European countries, including Russia’s Baltic neighbours Lithuania and Latvia, said they were closing their airspace to Russian airliners.
;
vliegeskader
alteriĝa vojeto
surteriĝa tereno
(hermetic; hermetically sealed)
(valve)
(airline)

EnglishDutch
air ademtocht; air; aria; deuntje; ether; geuren met; houding; liedje; lucht; luchten; lucht geven; lucht geven aan; luchtruim; melodie; te koop lopen met; tocht; uitdampen; uitzenden; ventileren; verluchten; vóórkomen; waas; wijs; wijsje; windje
air attack luchtaanval
air base luchtbasis; luchtmachtbasis; vliegbasis
air brake luchtdrukrem; luchtrem; remklep
air bridge luchtbrug
air castle luchtkasteel
air connection vliegverbinding
air crash luchtramp; vliegongeluk; vliegramp; vliegtuigongeluk
air current luchtstroom
air display vliegdemonstratie
air force luchtmacht; luchtstrijdkrachten
air freshener luchtverfrisser
air frier airfryer; heteluchtfriteuse
air gap luchtspleet
air grating luchtrooster
air gunner boordschutter
air heating luchtverwarming
air journey luchtreis; vliegreis
air mattress luchtbed
air mechanic vliegtuigmonteur
air network luchtnet
air one’s dirty linen in public de vuile was buiten hangen
air oneself een luchtje scheppen
air photograph luchtfoto
air race vliegwedstrijd
air reconnaissance luchtverkenning
air rifle luchtbuks; windbuks
air route luchtweg
airs and graces kokette maniertjes
air service vliegdienst
air shaft luchtkoker; luchtschacht
air survey luchtkartering
air trap stankafsluiter
air voyage luchtreis
as free as air zo vrij als een vogeltje in de lucht
a sniff of air een luchtje
assume an air zich een houding geven
assume an air of zich het aanzien geven van
be in the air in de lucht hangen; in de lucht zitten
be on the air in de lucht zijn
build castles in the air luchtkastelen bouwen
by air door de lucht
castle in the air luchtkasteel
clear the air de lucht zuiveren
compressed air perslucht
country air buitenlucht
give an airing luchten
give oneself airs een air aannemen; een hoge borst opzetten; grootdoen; kapsones hebben; zich een air geven
give something an airing lucht geven aan iets
hot air gezwam; kale kak; kouwe kak
in mid‐air in de lucht; tussen hemel en aarde
in the open air in de open lucht; in de vrije natuur
it is in the air het zit in de lucht
it is still in the air dat hangt nog in de lucht
it is still somewhat in the air dat hangt nog in de lucht
off the air uit de ether
on the air in de ether; op de radio
open air buitenlucht
out of thin air uit het niets
over the air door de ether; over de radio
pestilential air pestlucht
polar air poollucht
put on airs de neus in de wind steken; verwaand doen
sea air zeelucht
take air ruchtbaar worden
take an airing een luchtje scheppen
take the air een luchtje scheppen; opstijgen
vanish into thin air in rook opgaan; spoorloos verdwijnen
walk on air in de zevende hemel zijn
with a superior air hooghartig; uit de hoogte
air‐balloon luchtballon
airbed luchtbed
airbrick gaatsteen
airbrush airbrush; met een verfspuit werken; verfspuit
airbus luchtbus; passagiersvliegtuig
air‐condition klimatiseren
air‐conditioner airco
air‐conditioning air‐condition; air‐conditioning; luchtregeling
air‐cooling luchtkoeling
aircrew vliegtuigbemanning
air‐cushion luchtkussen
air‐defence luchtafweer; luchtverdediging
air‐drag luchtweerstand
air‐drill klopboor
airdrome vliegveld
airfield vliegveld
air‐filter luchtfilter
air‐fleet luchtvloot
airfoil draagvlak
air‐freight luchtvracht
airgun luchtbuks; windbuks; windroer
air‐hole keldergat; luchtgat; tochtgat
air‐hostess luchtstewardess; stewardess
airing luchten
air‐letter luchtpostblad
airlift luchtbrug; per luchtbrug vervoeren
airline luchtlijn; luchtroute; luchtvaartlijn; luchtvaartmaatschappij; rechtstreekse afstand; vliegmaatschappij
airlock dampslot; luchtsluis
airmail luchtpost; vliegpost
airman aviateur; vliegenier; vlieger
air‐pocket luchtzak
airport luchthaven; vlieghaven
air‐pressure luchtdruk
air‐pump luchtpomp
air‐raid luchtaanval
air‐resistance luchtweerstand
airs allure; allures
airship luchtschip; zeppelin
air‐shuttle luchtbus
airsick luchtziek
airsickness luchtziekte
airspace luchtruim
airstrip landingsstrook
air‐terminal airterminal
airtight luchtdicht
air‐traffic luchtverkeer
air‐traveller luchtreiziger
air‐valve luchtklep
airway luchtgalerij; luchtroute