Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word luchtreiziger

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(geur; reuk);
🔗 In het woud hing een lucht van brandend hout.
(hemel)
🔗 Er dreven grijze wolken hoog in de lucht.
🔗 Het is bekend dat de lucht om ons heen een grote druk uitoefent.
🔗 Geen zeevogel zweefde in de lucht, geen insect kroop er door het gras.
🔗 De lucht was koud.
;
🔗 Worden hier vaak reizigers uitgeschud?

DutchEnglish
luchtreiziger air‐traveller
lucht smell; air; blue; sky; wind; scent
luchtreis voyage by air; air voyage; air journey
reiziger traveller; voyager; wayfarer; passenger