Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vuurpot

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
; ; ;
mug
;
jar
🔗 De zaailingen moeten in potten overwinteren.
(bajes; cachot; gevang; gevangenis; nor; lik; bak);
🔗 Hij kan geen geld in ontvangst nemen zolang hij in de pot zit.
🔗 De drie reizigers gingen bij het vuur zitten.
(gloed)
glow
; ;
🔗 „Ketterij”, zei Traz Onmale, maar zonder veel vuur.
🔗 Van vuur zijn ze niet bang.
(ambitie; ijver);
(vlam)
(heftigheid; onstuimigheid)
impetus
; ; ;
(gloed; pit; pittigheid; verve)
verve
; ;
🔗 In het vuur van hun gesprek hadden de beide heren niet op de omgeving gelet, en daardoor was het hun ontgaan dat er door het luchtruim een ballon naderde.

DutchEnglish
pot bowl; butch; calaboose; can; chamber; chamber pot; clink; crock; dike; jackpot; jar; jug; kitty; lock‐up; mug; nick; pan; pool; pot; quod; skookum house; slammer; stakes; well
vuur ardency; ardour; bonfire; dry‐rot; eagerness; fervency; fire; flame; glow; heat; ingle; mettle; élan; verve; zeal; spirit; rot; vim

The word vuurpot could not be translated into the selected target language by us.