Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word volproppen
| Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
|---|---|---|
| (opvullen; proppen; volstoppen) | cram | plenŝtopi |
🔗 Mevrouw Hubbard reisde met een minimum aan bagage: een hoededoos, een eenvoudige koffer en een volgepropte reistas. | ||
| (volproppen; volstoppen) | cram | plenŝtopi |
🔗 Met een gelaten knikje propte hij het ding in zijn zak. | ||
🔗 Met haar volle wangen en gave huid is Erwiana bijna onherkenbaar. | ||
🔗 Staat de Bijbel vol met fouten? | ||
| (gevuld; volledig) | ||
🔗 Majoor Smythe sprak hier de volle waarheid. | ||
🔗 Een volle maag heeft de vorm van een omgekeerde peer: breed van boven en smal van onder. | ||
| (verzadigd) | ; replete | |
| (heel) | ; overall ; ; integral ; ; outright ; thorough | |
🔗 En als ik de volle waarheid vertel? | ||
| (heel; volledig; voltallig) | ||
| Dutch | English |
|---|---|
| volproppen | ⇆ chock up; ⇆ cram; ⇆ cram up; ⇆ engorge; ⇆ lumber; ⇆ lumber up; ⇆ pack; ⇆ prime; ⇆ ram; ⇆ stuff |
| volproppen met | ⇆ cram up with; ⇆ pack with; ⇆ stuff with |
| zich volpropppen | ⇆ stuff oneself |
| proppen | ⇆ cram |
| vol | ⇆ at her full; ⇆ at the full; ⇆ crowded; ⇆ even; ⇆ flush; ⇆ fraught; ⇆ fraught with; ⇆ full; ⇆ german; ⇆ instinct with; ⇆ pregnant with; ⇆ replete; ⇆ rich; ⇆ riddled; ⇆ rotund; ⇆ thick; ⇆ full up; ⇆ full of; ⇆ filled with; ⇆ packed with |
| volgepropt | ⇆ chock‐a‐block; ⇆ stuffed; ⇆ crammed |