Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word dak

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(kap; overkapping)
🔗 Op het dak staan enige vrienden van mij.
onder dak brengen
(herbergen)
;
(bladertooi; gebladerte; lommer; loof; blad)
foliage
🔗 Een eikel valt niet ver van de boom en kan onder het bladerdak van de boom niet uitgroeien.
roof gutter
🔗 Via een dakgoot en een regenpijp trachtte hij nog te ontsnappen, maar uiteindelijk was de politie hem te snel af.
(accent circonflexe; circumflex; kapje)
circumflex
(zolderkamer; zolderkamertje);
garret
(gewone huislook)
common houseleek
(onbehuisd)
homeless
🔗 Honderden eilandbewoners zijn dakloos.
waif
🔗 Bijna 15.000 daklozen zijn ondergebracht in provisorische kampen.
(pan)
(koekoek)
🔗 Voordat ze een kreet hadden kunnen slaken, waren ze reeds neergeslagen en bewusteloos bij de dakrand neergelegd.
(dakspar; hanebalk; spant; spar)
rafter
🔗 Nu moest hij een dakspant zien te vinden onder de palmbladeren, en ervoor zorgen dat hij alleen daarop zijn gewicht liet rusten en nergens anders.
(spant; spar)
rafter
roof window
;
🔗 In het dak bevonden zich een aantal dakvensters die uitkwamen op de zolder.
(logies)
🔗 Hebt u onderdak voor vannacht?
pointed roof
pinta tegmento
🔗 Het puntdak was een goede veertig voet of meer hoog, en het kruisgebint, gitzwart van de rook die er sinds onheuglijke tijden langs omhoog was gekronkeld, was voorzien van ingewikkeld houtsnijwerk, dat ze niet meteen herkenden.

DutchEnglish
dak puntdak; roof; roof‐top; top
dat krijg ik op mijn dak they’ll lay it at my door; they’ll blame it on me
dat kwam me koud op mijn dak vallen that caught me by surprise
een dak boven zijn hoofd hebben have a roof over one’s head
het gaat van een leien dakje it’s all plain sailing; it goes smoothly; it goes swimmingly; it goes on wheels; it goes without a hitch
iemand iets op zijn dak schuiven shove something on somebody; saddle somebody with something
iemand op zijn dak komen take somebody to task
iets van de daken schreeuwen shout something from the roof‐tops
ik kon nergens onder dak komen nobody could take me in; nobody could put me up
onder dak brengen roof; accommodate; house; housing; put up; give shelter
onder dak zijn be under cover; be provided for
onder één dak wonen live under the same roof
rieten dak thatch; thatched roof
uit zijn dak gaan go out of one’s mind
van de daken schreeuwen proclaim from the roof‐tops
bladerdak leaf canopy
dakbalk roof‐beam
dakbedekking roofing; roofing material
dakdekker tiler; slater; thatcher
dakgoot cullis; gutter; spout; eaves‐gutter
dakisolatie roof insulation
dakje circumflex
dakkamertje attic; garret
daklicht skylight; roof‐light
daklook common houseleek
dakloos roofless; homeless; unroofed; houseless; waif
dakloze waif
dakpan roofing tile; pantile; tile
dakpijp gutter pipe
dakraam skylight
dakrand drip; eaves
dakriet thatch
dakruiter ridge turret
dakspar rafter; eaves‐lath
dakstoel truss
dakterras roof garden
daktuin roof garden
dakvenster dormer; dormer‐window; garret window
dakvorst ridge; ridge of a roof
geveldak gable‐roof; gabled roof
koepeldak dome‐shaped roof; dome
mansardedak gambrel; gambrel roof
onderdak accommodation; shelter
pannendak tiling; tiled roof
puntdak pointed roof
roldak sliding‐roof
schilddak testudo
schuifdak sunroof; sliding‐roof
strodak thatched roof
tentdak pavilion roof