Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord vrijheid van het woord
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
; | ||
(vrijdom) | ||
🔗 Hij vierde zijn vrijheid met drank en drugs. | ||
🔗 Elk woord is hier te veel. | ||
🔗 Je hebt het woord „moordenaar” gebruikt. | ||
🔗 Het woord is aan de markies de Cantecler. | ||
🔗 En u moet nu maar erg op uw woorden passen! | ||
🔗 De drager van deze ring moet zich altijd aan zijn woord houden, zie je? | ||
Nederlands | Engels |
---|---|
vrijheid van het woord | ⇆ freedom of speech |
vrijheid | ⇆ disengagement; ⇆ freedom; ⇆ latitude; ⇆ liberty; ⇆ licence; ⇆ scope |
woord | ⇆ parole; ⇆ word; ⇆ vocable |