Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord manwijf

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(echtgenoot)
🔗 Hij en Minerva leefden nu als man en vrouw.
(kerel; manspersoon; vent);
🔗 Hebt u deze man vermoord?
shrew
; ;
xanthippe
;
termagant
(vrouw; vrouwmens; vrouwspersoon); ;
🔗 Ik heb zelf al mijn tweede vrouw overleefd, en zij was nog een jong wijf.
(echtgenote; vrouw)
🔗 „Ginds komt uw wijf,” zei De Lichte „en waarlijk, ik geloof dat ze een gezel heeft.”

NederlandsEngels
manwijf butch; virago
man chap; hand; he; husband; jack; male; man; troops; foot
wijf broad; cow; dame; jade; woman; wife