Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord huisgod

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(godheid);
divinity
🔗 Dat is de wil van de goden.
🔗 Zeker 40.000 huizen in de hoofdstad Manilla zijn verwoest.
🔗 Er moet hier in huis veel veranderen.

NederlandsEngels
god divinity; god
huis establishment; home; house; housing; place; premises; residence; tenement

Het woord huisgod kon door ons niet in de geselecteerde doeltaal vertaald worden.