Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord traffic jam
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
traffic jam (traffic block; traffic congestion; traffic tie‐up) | verkeersopstopping | |
jam | ||
jam (preserve) | gekonfijte vruchten ; | |
traffic (circulation) | ; ; | |
traffic | ||
fikomerci | ||
traffic | zwendel ; zwendelarij |
Engels | Nederlands |
---|---|
traffic jam | ⇆ opstopping; ⇆ verkeersopstopping |
jam | ⇆ confituren; ⇆ gedrang; ⇆ in de knel raken; ⇆ jam; ⇆ jammen; ⇆ klem lopen; ⇆ klem raken; ⇆ klem zetten; ⇆ klemmen; ⇆ knel; ⇆ knellen; ⇆ moeilijkheid; ⇆ opeenhoping; ⇆ opstopping; ⇆ opstropping; ⇆ samendrukken; ⇆ samenduwen; ⇆ samenpakken; ⇆ storen; ⇆ vastlopen; ⇆ vastzetten; ⇆ verlegenheid; ⇆ versperren |
traffic | ⇆ gesjacher; ⇆ handel; ⇆ handel drijven; ⇆ handel drijven in; ⇆ handeldrijven; ⇆ koophandel; ⇆ sjachelen; ⇆ sjacheren; ⇆ verhandelen; ⇆ verkeer; ⇆ verkeersdrukte |