Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord imperfect

Engels	Nederlands (indirect vertaald)	Esperanto
imperfect (broken; out of order; flawed; injurious)	defect ; kapot ; stuk	difekta
imperfect (defective; flawed)	imperfect ; onvolkomen	neperfekta
imperfect (imperfect tense)	imperfectum ; onvoltooid verleden tijd	imperfekto
imperfect tense (imperfect)	onvoltooid verleden tijd	imperfekto
imperfection (damage; defect; flaw; harm; hurt; impairment)	beschadiging ; defect ; gebrek	difekto
imperfection (defect; flaw)	fout ; gebrek ; zwakte	neperfektaĵo
perfect (impeccable)	perfect ; volkomen ; volmaakt	perfekta
perfect (consummate)	verbeteren ; vervolmaken ; volmáken	perfektigi
perfect (finish; work out; develop; elaborate)	afwerken ; uitwerken	ellabori
perfect	perfectum ; voltooid tegenwoordige tijd	perfekto
perfect	perfect	perfekta

Engels	Nederlands
imperfect	⇆ imperfect; ⇆ imperfectum; ⇆ onvolkomen; ⇆ onvolmaakt; ⇆ onvoltooid; ⇆ onvoltooid verleden tijd
imperfect tense	⇆ onvoltooid verleden tijd
imperfection	⇆ imperfectie; ⇆ onvolkomenheid; ⇆ onvolmaaktheid; ⇆ tekortkoming
imperfectly	⇆ gebrekkig
perfect	⇆ echt; ⇆ foutloos; ⇆ gaaf; ⇆ perfect; ⇆ perfectioneren; ⇆ puntgaaf; ⇆ verbeteren; ⇆ vervolmaken; ⇆ volkomen; ⇆ volmaakt; ⇆ volmaken; ⇆ volmáken; ⇆ volslagen; ⇆ volvoeren