Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord bathroom humour
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
humour (mood; temper) | ||
humour (wit; mood) | ; |
Engels | Nederlands |
---|---|
bathroom humour | ⇆ onderbroekelol |
bathroom | ⇆ WC; ⇆ badkamer |
humour | ⇆ grappigheid; ⇆ gril; ⇆ humeur; ⇆ humor; ⇆ lichaamsvocht; ⇆ luim; ⇆ stemming; ⇆ tactvol naar zijn hand zetten; ⇆ toegeven; ⇆ toegeven aan; ⇆ vocht; ⇆ zich schikken naar; ⇆ zijn zin geven |