English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word rig up

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
;

EnglishDutch
rig up haastig optakelen; in elkaar flansen; optakelen
rig apparaat; bakkie; booreiland; boorinstallatie; in elkaar zetten; inrichten; knoeien; optuigen; plunje; takelen; toestel; tuig; tuigen; uitrusten; uitrusting