English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word fancy man

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
erarkredi
(imagine; conceive; picture; visualize; envisage);
🔗 Tom groaned louder and fancied that he began to feel pain in the toe.
(daydream; dream; muse); ;
revi
;
uit de duim zuigen
fancy
(fantasy; imagination; fantasia)
;
verbeeldingskracht
fancy
(imagination)
;
fancy
(caprice; whim; freak; quirk; fad)
;
fancy
(appreciation; liking; love; taste)
fancy
homekipi
🔗 And if we had ships, we could not spare the men to man them, not even for the princess Helen.
(human being; human)
🔗 What sort of men were they who tended these fires?
(fellow; male; bloke);
(agent; operative)
(human race; mankind; humanity);
🔗 The four men drank wine.

EnglishDutch
fancy man minnaar; pooier; vrijer
fancy aantrekkelijk vinden; denken; een hoge dunk hebben van; fantasie; fantasie‐; fantastisch; gebakje; gril; hersenschim; houden van; idee; inbeelding; inval; liefde; liefhebberij; luim; lust; sjiek; smaak; taartje; verbeelding; verbeeldingskracht; voorliefde; wanen; zich aangetrokken voelen tot; zich een denkbeeld vormen van; zich inbeelden; zich verbeelden; zich voorstellen; zin; zin hebben in; zin krijgen in
man bediende; bemannen; bezetten; damschijf; de mens; kamerdienaar; knecht; man; manlijk; mannelijk; manspersoon; mens; schaakstuk; schijf; student; stuk; werkman