English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word extension cable

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(dispatch)
(dispatch)
extension
(suffix)
;
suffix
extension
(addendum; addition; additive; appendix; attachment; appendage; accession)
;
toegift
extension
(expanse; expansion; stretch; sweep)
extension
(expansion; extend; spread; span; purview)
extension
aneksa konstruaĵo
extension
(allonge)
🔗 Therefore the longer extension is now clearly on the table.

EnglishDutch
extension cable verlengkabel
cable ankertouw; kabel; kabelbericht; kabelen; kabellengte; kabeltelegram; kabeltelevisie; kabeltouw; met een kabel vastmaken; reep; telegraafkabel; telegraferen; telegram
extension aanbouw; aanzetstuk; bepaling; neventoestel; omvang; rekking; strekking; toestel; toestelnummer; uitbouw; uitbreiding; uitgebreidheid; uitleg; uitloop; uitrekking; uitstrekking; verlengde; verlenging; verlengstuk