English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word executive staff

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
executive
(manager)
executive
(board; administration)
(pole; rod; bar; handle; shaft; stake; stave; spar); ; ; ; ; ; ; ; ; ;
(rod; switch; wand; birch; sprig; twig); ; ; ;
spitsroede
;
stokje
(baton; cane; stick)
🔗 Here he came, muttering to himself, leaning on his staff.

EnglishDutch
executive staff kaderpersoneel
executive bestuur; bestuurder; directeur; directie‐; hoofd; hoofdbestuur; kaderlid; leidend; leider; leidinggevende; uitvoerend; uitvoerend comité; uitvoerende macht; voltrekkend
staff balk; notenbalk; personeel; staf; stok