Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word bestuurder

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(administrateur; beheerder)
🔗 Voormalig bestuurder Guido Mensink laat weten dat van fraude geen sprake is.
(administrateur; beheerder; bewindhebber; bewindvoerder)
manager
;
(directeur)
director
;
manager
(chauffeur)
🔗 De bestuurder had hij nog niet eerder gezien.
(stuurman);
steersman
(voerman)
(chauffeur)
(automobilist)
motorist
(administratrice)
manageress
(loodsman; loods);
maritime pilot

DutchEnglish
bestuurder administrator; director; driver; executive; governor; manager; operator; pilot; ruler; steersman; syndic
bestuurster administratrix; conductress; manageress
hoofdbestuurder general manager
trambestuurder tram‐driver; motorman
vrachtautobestuurder lorry driver; truck driver