English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word dipswitch

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(immerse; soak; dunk); ;
trempi
(rod; wand; birch; sprig; staff; twig)
(interchange; swap; change; exchange; share; trade)
(exchange; swap); ; ;
uitwisseling
;
verruiling
(commute; shunt; commutate)

EnglishDutch
dipswitch dip‐switch
dip aanspreken; afhellen; afhelling; bad; dalen; del; dimmen; dippen; dipsaus; dompelen; doorbladeren; doorkijken; doorslaan; dopen; duik; duiken; duiken in; duinvallei; hellen; helling; indompelen; indopen; indoping; inkijken; kimduiking; laten hellen; neerlaten; onderdompeling; soppen; vetkaars; wasbeurt; zich verdiepen in
switch haarstukje; knop; omschakelen; op een ander spoor brengen; plotseling draaien; plotseling richten; plotseling wenden; plotselinge verandering; rangeren; roede; schakelaar; schakelen; twijg; verwisselen; wissel; zwiepen