English–Dutch dictionary
Dutch translation of the English word appearance
English | Dutch (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(aspect; look; sight; view; countenance; guise; respect; looks) | ; ; ; | |
(look; semblance) | ||
(expression; mien; look; air) | ||
(emerge; perform; materialize; come into sight) | ; ; ; ; voor de dag komen ; | |
🔗 Would the Great Lord of the Dark appear to them as a man? | ||
(look; seem like; look like) | ||
(seem; look; act) | ; | |
🔗 You do not appear to understand me. | ||
(feature) | prezentiĝi | |
mieni | ||
disappearance | ||
disappearance (expiry; decease) | verscheiden ; |
English | Dutch |
---|---|
appearance | ⇆ aanschijn; ⇆ air; ⇆ comparitie; ⇆ intrede; ⇆ intree; ⇆ optreden; ⇆ schijn; ⇆ uiterlijk; ⇆ verschijning; ⇆ verschijningsvorm; ⇆ verschijnsel; ⇆ vóórkomen |
appearances are against … | ⇆ de schijn is tegen … |
appearances are against him | ⇆ de schijn is tegen hem |
appearances are deceptive | ⇆ schijn bedriegt |
by all appearances | ⇆ naar het schijnt; ⇆ zo te zien |
create the appearance | ⇆ de schijn wekken |
enter an appearance | ⇆ verschijnen |
for the sake of appearances | ⇆ voor de schijn |
go by appearance | ⇆ afgaan op het uiterlijk; ⇆ oordelen naar de schijn |
in appearance | ⇆ in schijn |
keep up appearances | ⇆ de schijn bewaren; ⇆ de schijn ophouden; ⇆ het decorum bewaren; ⇆ zich groothouden; ⇆ zijn fatsoen ophouden |
make its appearance | ⇆ zijn intrede doen; ⇆ zijn intree doen |
make one’s appearance | ⇆ optreden; ⇆ te voorschijn komen; ⇆ verschijnen |
put in an appearance | ⇆ acte de présence geven; ⇆ komen opdraven; ⇆ verschijnen; ⇆ zich vertonen |
save appearances | ⇆ de schijn redden |
there is every appearance that | ⇆ het laat zich aanzien dat |
to all appearance | ⇆ naar alle schijn |
to all appearances | ⇆ naar het schijnt; ⇆ zo te zien |
to judge from appearances … | ⇆ naar het zich laat aanzien … |
to keep up appearances | ⇆ voor zijn fatsoen |
appear | ⇆ blijken; ⇆ compareren; ⇆ lijken; ⇆ opdagen; ⇆ opkomen; ⇆ optreden; ⇆ schijnen; ⇆ te voorschijn komen; ⇆ uitkomen; ⇆ verschijnen; ⇆ voor de dag komen; ⇆ voor den dag komen; ⇆ vóórkomen; ⇆ zich vertonen |
disappearance | ⇆ verdwijning |
non‐appearance | ⇆ niet‐verschijning |
reappearance | ⇆ wederkeer; ⇆ wederverschijning |