English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word accidental

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(chance; random; fortuitous; stray)
(chance);
(misadventure; mishap);
(by accident)
akcidente
🔗 Even for experienced administrators, accidentally making time‐consuming and/or costly errors is very easy.
(by accident; by chance; fortuitous; randomly; at random); ;
toevalligerwijze
🔗 It could have happened that way accidentally.
(by chance; on occasion)
bij gelegenheid
okaze

EnglishDutch
accidental bij‐; bijkomend; toevallig; toevallige hoedanigheid; toevallige omstandigheid; toevallige verhoging; toevallige verlaging; verplaatsingsteken
accidental death dood ten gevolge van een ongeluk
accident ongeluk; ongeval; toeval; toevalligheid
accidentally bij toeval; per ongeluk; toevallig; toevalligerwijs; toevalligerwijze