Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word vloerkleed

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(karpet; kleed; tapijt)
🔗 Het vloerkleed werd weer recht getrokken en de tafel op zijn plaats gezet.
(karpet; tapijt; vloerkleed)
🔗 Op tafel lag een kleed in bruin, zwart en wit.
(gewaad; kleding)
🔗 Ze lag daar inderdaad, met een kleed over haar benen.
🔗 Het hout is zwaar en hard en is geschikt voor werktuigen en vloeren.

DutchEnglish
vloerkleed carpet
kleed carpet; dress; gown; habit; investiture; livery; raiment; robe; shroud; garment; garb; table‐cover; vesture
vloer floor; flooring
vloerkleedje rug