Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word scheikunde
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
(chemie) | ||
🔗 Heb je een wereld gevonden die meer weet van de scheikunde van voedsel dan wij? | ||
(kennis) | ||
(kennis; medeweten; weten) | ||
(chemisch) | ||
🔗 Wie heeft u verlof gegeven om in mijn kasteel scheikundige proeven te nemen? | ||
(chemisch) | ||
🔗 We hebben het water uit beide kranen scheikundig laten onderzoeken en ook heeft het laboratorium van de waterleidingmaatschappij er proeven mee genomen. |
Dutch | English |
---|---|
scheikunde | ⇆ chemistry |
kunde | ⇆ knowledge; ⇆ learning; ⇆ science |
scheikundig | ⇆ chemical |