Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word pakje

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(pakket)
packet
;
🔗 En hij gaf me een pakje sigaretten.
(dracht; gewaad; kostuum);
🔗 Hij stapte naar zijn hut en tien minuten later ging hij met een net pak aan de wal op.
(pakket); ;
🔗 Zorg dat je op tijd bent en neem een pak brood mee voor tussen de middag.
(drager; sjouwer; witkiel)
porter

DutchEnglish
pakje package; packet; parcel
burgerpakje civvies
kruippakje crawlers; jumpers
matrozenpakje sailor suit
pak bundle; burden; costume; fardel; pack; package; parcel; suit; wad; swag; packet; load; bag
speelpakje romper; rompers; playsuit
turnpakje leotard