Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word kijker

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(verrekijker)
binoculars
;
field‐glasses
🔗 Hij richtte de kijker die om zijn hals hing op het huis zelf.
(verrekijker)
spy‐glass
🔗 Hij had zijn kijker niet nodig.
(beschouwer; toeschouwer)
spectator
🔗 In deze trant sprak hij nog enige tijd door, terwijl de kijkers vol ongeduld voor hun toestellen zaten.
(toekijken; uitkijken; zien);
🔗 Ze liep naar de badkamer en keek in de spiegel.
(doppen)
🔗 Op zee had hij het niet alleen van horen zeggen, maar ook door zijn eigen kijkers gezien, hoe aan de machine de toekomst behoort.
(toeschouwster)
female onlooker
🔗 We zijn bezig met een heel delicate zaak, waarbij we geen pottekijkers kunnen gebruiken.
sterrekijker
(telescoop; verrekijker)
sterrenkijker
sterrenkijker
(astronoom; sterrenkundige)
(kijker)
binoculars
;
field‐glasses
🔗 Daar is mijn verrekijker te mooi voor.
(kijker)
spy‐glass
🔗 Neem uw fiets en verrekijker mee!
(sterrekijker; telescoop)

DutchEnglish
kijkerbinocle; binoculars; field‐glasses; glass; looker; looker‐on; opera‐glass; spectator; spy‐glass; telescope; televiewer; viewer
in de kijker lopenstick out like a sore thumb
kijkenglance; look; peek; peep; peer; view; watch; see; have a look
kijkerspeepers; eyes
pottekijkersnooper
prismakijkerprism binoculars; prismatic binoculars
sterrekijkertelescope
sterrenkijkerstar‐gazer; astronomer
televisiekijkertelevision viewer; televiewer
toneelkijkerbinoculars; opera‐glass; opera‐glasses; pair of binoculars
veldkijkerbinoculars; field‐glass; pair of binoculars; field‐glasses
verrekijkerbinocle; binoculars; glass; pair of binoculars; spy‐glass; telescope; field‐glasses