Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word goedkeuring

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(bijval; fiat; goedkeuren);
endorsement
;
🔗 De Cypriotische president Níkos Anastasiádis zei dat goedkeuring van de bezuinigingen en het steunprogramma dat in Europees verband is afgesproken, Cyprus weer „adem” zal geven.
(billijken);
countenance
;
🔗 Dat zou de rechter niet goedkeuren.
(goedkeuring);
endorsement
; ;
authorization

DutchEnglish
goedkeuring approbation; approval; assent; concurrence; concurrency; endorsement; favour; fiat; go‐ahead; green light; okay; sanction
behoudens de goedkeuring van subject to the approval of
onder nadere goedkeuring van subject to the approval of
ter goedkeuring voorleggen submit for approval
zijn goedkeuring hechten aan give one’s seal of approval; approve of
goedkeuren accept; approve; approve of; clear; confirm; countenance; go through; okay; pass; pass fit; greenlight