Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word dekschuit

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(verdek)
🔗 Mickey klom eveneens aan dek.
(bedekking);
(bedekking; dekking; hulsel);
(deken)
(bark)
barque
🔗 De schuit voer alsmaar verder door het duister, van het ene blauwe licht naar het volgende.
(boot);
🔗 Alleen wisten wij toen al wie de daders waren en waar de schuit met het zilver lag.

DutchEnglish
dekschuit covered barge
dek blanket; case; cover; covering; deck; surface; bedclothes; horse‐cloth
schuit barge; barque; boat; keel; tub