Dutch–English dictionary

English translation of the Dutch word boogpoort

Dutch → English
  
DutchEnglish (translated indirectly)Esperanto
(ronding); ;
🔗 En toen richtten zij hun blik op de boog en de verwoeste poorten.
🔗 Hij droeg een boog op zijn rug en had een koker met glimmende pijlen op zijn heup.
;
gateway
;
portal
🔗 Toen ze afstegen, verscheen hun gastheer in de grote poort naar het huis.

DutchEnglish
boog arc; arch; archway; bend; bind; bow; camber; curvature; curve; tie
poort archway; gate; port; portal; pylon; doorway; gateway

The word boogpoort could not be translated into the selected target language by us.