Dutch–English dictionary
English translation of the Dutch word bijtring
Dutch | English (translated indirectly) | Esperanto |
---|---|---|
corrode | ||
(happen) | ||
🔗 Als hij hierdoor gebeten werd, zou hij binnen enkele minuten dood zijn. | ||
🔗 Ze gaf hem de ring. | ||
(band) | ; | |
🔗 Toen nam hij de kleine cilinder met de rode ringen uit zijn zak, en controleerde die ook. |
Dutch | English |
---|---|
bijtring | ⇆ teething‐ring |
bijten | ⇆ bite; ⇆ sting; ⇆ nip |
ring | ⇆ band; ⇆ belt; ⇆ circle; ⇆ circlet; ⇆ collar; ⇆ girdle; ⇆ hoop; ⇆ prize‐ring; ⇆ ring |