Información sobre la palabra dief (neerlandés → Esperanto: ŝtelisto)

Sinónimos: steler, gannef

Categoría gramaticalsustantivo
Pronunciación/dif/
Separacióndief
Géneromasculino
Pluraldieven

Diminutivo
SingularPlural
diefjediefjes

Muestras de uso

De dieven van Kabasas zijn handig.
De man heette Lindberg, werd Linke genoemd en was een dief.
Inmiddels was het diep in de nacht en de dief greep zijn kans.
Vertel deze lieden, die al dieven waren toen jij nog geboren moest worden, hoe jij het zou aanleggen de steen te stelen!
Jij bent een grotere dief dan ik.

Traducciones

afrikáansdief
alemánDieb
catalánlladre
checozloděj
danéstyv
escocésthief
españolladrón
esperantoŝtelisto; latrono
frisón de SaterlandDäif
galéslleidr
griegoκλέφτης; λωποδύτης
húngarotolvaj
inglésthief
inglés antiguoþeof
islandésþjófur
italianoladro
latínclepta; fur
noruegotyv; tjuv
papiamentohòrtadó; ladron
polacozłodziej
portuguésgatuno; ladrão
rusoвор
sranan tongofufuruman
suajilimwivi; mwizi
suecotjuv
tailandésขโมย
yidisגנב