Información sobre la palabra reserveren (neerlandés → Esperanto: reteni)

Sinónimos: detineren, inhouden, terughouden, verbijten, wederhouden

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/rezɛrˈverə(n)/
Separaciónre·ser·ve·ren

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) reserveer(ik) reserveerde
(jij) reserveert(jij) reserveerde
(hij) reserveert(hij) reserveerde
(wij) reserveren(wij) reserveerden
(jullie) reserveren(jullie) reserveerden
(gij) reserveert(gij) reserveerdet
(zij) reserveren(zij) reserveerden
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) reservere(dat ik) reserveerde
(dat jij) reservere(dat jij) reserveerde
(dat hij) reservere(dat hij) reserveerde
(dat wij) reserveren(dat wij) reserveerden
(dat jullie) reserveren(dat jullie) reserveerden
(dat gij) reserveret(dat gij) reserveerdet
(dat zij) reserveren(dat zij) reserveerden
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
reserveerreserveert
Participios
Participio presenteParticipio pasado
reserverend, reserverende(hebben) gereserveerd

Muestras de uso

Het spreekt vanzelf dat ik de mooiste voor u gereserveerd heb.

Traducciones

alemánzurückhalten
checozadržet
danésopholde
españolretener
esperantoreteni
feroéshalda eftir; halda frá; taka
francésréprimer
frisón de Saterlandtouräächhoolde
frisón occidentalôfhâlde
inglésreserve
italianoritenere
portuguésdeter; reter