Información sobre la palabra aanraden (neerlandés → Esperanto: konsili)

Sinónimos: adviseren, raden, van advies dienen

Categoría gramaticalverbo
Pronunciación/ˈanradə(n)/
Separaciónaan·ra·den

Conjugación

Modo indicativo
PresentePasado
(ik) raad aan(ik) ried aan, raadde aan
(jij) raadt aan(jij) ried aan, raadde aan
(hij) raadt aan(hij) ried aan, raadde aan
(wij) raden aan(wij) rieden aan, raadden aan
(jullie) raden aan(jullie) rieden aan, raadden aan
(gij) raadt aan(gij) riedt aan, raaddet aan
(zij) raden aan(zij) rieden aan, raadden aan
Modo subjuntivo
PresentePasado
(dat ik) aanrade(dat ik) aanriede, aanraadde
(dat jij) aanrade(dat jij) aanriede, aanraadde
(dat hij) aanrade(dat hij) aanriede, aanraadde
(dat wij) aanraden(dat wij) aanrieden, aanraadden
(dat jullie) aanraden(dat jullie) aanrieden, aanraadden
(dat gij) aanradet(dat gij) aanriedet, aanraaddet
(dat zij) aanraden(dat zij) aanrieden, aanraadden
Modo imperativo
Singular/PluralPlural
raad aanraadt aan
Participios
Participio presenteParticipio pasado
aanradend, aanradende(hebben) aangeraden

Muestras de uso

U raadt me dus aan dit voorwerp bij me te dragen?
Ja, dat heb je me daareven zelf aangeraden.
Hij ried mij aan toegang tot de burcht te vragen.
Ik raad jullie aan nu te gaan slapen.
De Belg lachte hier echter alleen maar om en raadde zijn gevangene aan zijn energie te sparen voor zijn verdediging in het gerechtshof.
„En ik”, zei Aragorn, „ried aan om Gollem op te sporen, hoewel het te laat scheen.
Raadt ge me aan te kijken?

Traducciones

afrikáansaanraai
alemánraten; beraten; ratgeben; anraten; einen Rat geben; einen Ratschlag geben
catalánaconsellar
danésråde
españolaconsejar
esperantokonsili
feroésgeva ráð; ráða til
finésneuvoa
francésconseiller
frisón de Saterlandberäide; räide
frisón occidentaladvisearje; oanriede; riede
griegoσυμβουλεύω
inglésadvise; counsel
islandésráða
italianoconsigliare; raccomandare
malayomensasihatkan
papiamentokonsehá
portuguésaconselhar; persuadir
suajili‐toa shauri
suecorå; råda
tailandésชี้; แนะ; แนะนำ
turcofikir vermek; öğüt vermek