Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord voorbereiden
| Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
|---|---|---|
| (prepareren) | ||
🔗 Moskou ontkent een invasie voor te bereiden. | ||
| (zich opmaken; zich prepareren) | ||
🔗 Bereid je voor op de dood. | ||
| (klaarmaken; toebereiden; gereedmaken) | ||
🔗 In plaats daarvan had ze op Bommelstein een maaltijd bereid om de held bij zijn thuiskomst te verwelkomen. | ||
voorbereidend (voorafgaand) | preparatory | prepara |
| (voorbereidsel) | preparation | |
🔗 De voorbereidingen namen meer tijd in beslag dan we hadden gedacht. | ||
| (preparaat) | preparation | |
| (voorbereiding) | preparation | |
🔗 De gehele ochtend waren zij druk in de weer met de voorbereidselẹn. | ||
| Nederlands | Engels |
|---|---|
| voorbereiden | ⇆ dispose; ⇆ prepare; ⇆ prime; ⇆ ready |
| zich voorbereiden | ⇆ prepare oneself; ⇆ ready; ⇆ prepare |
| zich voorbereiden voor | ⇆ read for |
| bereiden | ⇆ compound; ⇆ concoct; ⇆ confection; ⇆ cook; ⇆ dress; ⇆ give; ⇆ prepare; ⇆ work |
| voorbereidend | ⇆ preparative; ⇆ preparatory; ⇆ propaedeutic; ⇆ propaedeutical |
| voorbereiding | ⇆ preliminary; ⇆ preparation; ⇆ priming; ⇆ run‐up |
| voorbereidsel | ⇆ preparative; ⇆ preparation |
| werkvoorbereider | ⇆ planning employee |