Nederlands–Engels woordenboek
Engelse vertaling van het Nederlandse woord postdienst
Nederlands | Engels (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
; | ||
(kerkdienst) | ||
🔗 Ọp de weg naar buiten kwamen haar dorpelingen tegemoet, meest oudere mannen en vrouwen die weinig meer om handen hadden en die de eerste openbare dienst in de tempel wilden bijwonen. | ||
; attendance | ||
🔗 Een man die is veroordeeld voor de moord op de Russische journaliste Anna Politkovskaja komt vrij in ruil voor dienst in het Russische leger. | ||
(paal; stijl) | ||
🔗 Daarop knoopte ze de lakens en dekens aan elkaar en bond één uiteinde aan een post van haar bed, zoals ze dat op de kostschool geleerd had. | ||
(posterijen) | ; | |
🔗 Ik wil geen details aan de post toevertrouwen maar alleen zeggen dat ik dagelijks in levensgevaar verkeer, omdat ik in het bezit ben van een geheim. | ||
poŝtaĵoj | ||
🔗 Wie is de eerste die de post te zien krijgt? | ||
(ambt; betrekking; plaats) | ; ; | |
🔗 De ambassadeur is sinds vorige week weer op zijn post in Ṣanaʿāʾ na enkele weken vanuit Den Haag te hebben gewerkt vanwege de dreiging van een terroristische aanslag. | ||
🔗 Nog steeds hield hij vast aan zijn voornemen om op zijn post te blijven. |
Nederlands | Engels |
---|---|
postdienst | ⇆ mail service; ⇆ post; ⇆ postal service |
dienst | ⇆ administration; ⇆ attendance; ⇆ bureau; ⇆ command; ⇆ duty; ⇆ employ; ⇆ engagement; ⇆ kindness; ⇆ office; ⇆ turn; ⇆ service |
post | ⇆ entry; ⇆ function; ⇆ item; ⇆ mail; ⇆ place; ⇆ post; ⇆ station; ⇆ office; ⇆ sentry; ⇆ picket; ⇆ post‐office |