Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord familie zijn van

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
familie zijn van
(een familielid zijn van)
be related to
esti parenco de
(gezin; huisgezin)
🔗 Ze hebben elkaar en hun belangrijkste spullen, maar verder is de familie Nijland alles kwijt wat ze in Slovenië bij zich hadden.
(sibbe)
relations
;
relatives
; ;
🔗 Het blad en de stengel zijn giftig, net zoals bij aardappel‐, aubergine‐ en paprikaplanten, die tot dezelfde familie behoren.
🔗 In Nederland gaan veel moslims tijdens het suikerfeest op bezoek bij familie.

NederlandsEngels
familie zijn van be related to
familie belongings; connections; family; kin; kindred; kinsfolk; parentage; people; relatives; stock; relations