Nederlands–Engels woordenboek

Engelse vertaling van het Nederlandse woord duopassagier

Nederlands → Engels
  
NederlandsEngels (indirect vertaald)Esperanto
(paar; stel; tweetal)
🔗 Toen de politie het duo, dat per auto probeerde te vluchten, wilde stoppen reden de inbrekers tegen een boom.
(paar; span; stel; tweetal)
🔗 55 passagiers kwamen in de golven om.

NederlandsEngels
duopassagier pillion rider
duo double act; duo; pillion; pair; duet
passagier fare; passenger