Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord raising

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
raising
(cultivation; tillage; working)
;
(breed; keep; rear; farm)
(breed; bring up; educate; rear); ;
(cultivate; grow; force)
in kassen kweken
(gather; assemble)
(grow; increase)
doen groeien
;
laten groeien
(lever; lift; elevate; heave; hoist; heave up); ; ; ; ; ;
🔗 According to German authorities, in several towns across the country including Mainz, Braunschweig and Heilbronn, Israeli flags raised in solidarity with the country were torn down and destroyed, sometimes in just a few hours.
malmergi
(increase; augment; heighten; amplify)
🔗 In fact, support for the war, and pushing to raise the defence budget, is one of the things Johnson and Truss have to be proud of.
(erect; establish; institute; pitch; set; stand; set up; set down);
; ;
🔗 In February, the government passed a supplementary bill that lifted the goods and services tax to 18 percent from 17 percent to help raise 170 billion rupees ($ 639 million) in extra revenue for this fiscal year, which ends in July.
; ; ;
🔗 She raised her hand and pointed.
(pay‐rise; wage rise);
salarisverhoging

EngelsNederlands
raising aankweking; opheffing; opvoeding; opvoering; opwekking; verhoging; verwekking
cattle raising veefokkerij
self‐raising flour zelfrijzend bakmeel
fire‐raising brandstichting
flax‐raising vlasbouw
hair‐raising waarvan de haren je te berge rijzen
raise aan de oppervlakte brengen; aanheffen; aantrekken; aanvoeren; bevorderen; bijeenbrengen; bouwen; contact krijgen met; doen opstaan; doen rijzen; doen verrijzen; fokken; grootbrengen; heffen; inbrengen; kweken; lichten; loonsverhoging; maken; op de been brengen; opbreken; ophalen; opheffen; ophogen; opjagen; opperen; oprichten; oproepen; opslaan; opslag; opsteken; optillen; optrekken; opvoeden; opvoeren; opwekken; opwerpen; planten; salarisverhoging; stichten; stoken; telen; ter sprake brengen; tillen; uit zijn bed halen; verbouwen; verheffen; verhogen; verhoging; verwekken; wekken; werven