Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord mess hall
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
🔗 They entered a flagged hall, and the sound of piping grew louder. | ||
(antechamber; waiting‐room; vestibule; lobby; entrance‐hall; anteroom) | ||
(gruel; mush; porridge; purée; pap) | ; ; | |
(blunder; bungle; screw‐up) | ; ; | |
🔗 The next prime minister of the United Kingdom will inherit a mess that some members of the governing Conservative Party believe will be impossible to manage. | ||
(dishevel; tousle; ruffle; disarray) | in de war brengen ; | taŭzi |
(junk; trash) | ; ; |
Engels | Nederlands |
---|---|
mess hall | ⇆ mess |
hall | ⇆ college; ⇆ eetzaal; ⇆ gildehuis; ⇆ hal; ⇆ herenhuis; ⇆ lokaal; ⇆ lokaliteit; ⇆ portaal; ⇆ ridderzaal; ⇆ slot; ⇆ stadhuis; ⇆ studentenhuis; ⇆ vestibule; ⇆ voorhuis; ⇆ voorportaal; ⇆ voorzaal; ⇆ zaal |
mess | ⇆ bemorsen; ⇆ janboel; ⇆ kliederboel; ⇆ knoeiboel; ⇆ knoeien; ⇆ knoeierij; ⇆ mess; ⇆ morsen; ⇆ netelige situatie; ⇆ puinhoop; ⇆ rommel; ⇆ rotzooi; ⇆ schotel; ⇆ smeerboel; ⇆ smurrie; ⇆ troep; ⇆ vuilmaken; ⇆ warboel; ⇆ warwinkel; ⇆ zooi |