Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord kind

Nederlands/Engels
Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
(affable; friendly; kindly; suave; cordial); ;
(good‐hearted; kindly); ;
(sort); ;
🔗 You know what kind of women he’s talking about.
(benign; kindly; accommodating; amiable); ; ;
welgezind
;
🔗 He is neither kind nor generous.
(clan; ethnic group; race; tribe; family; kin; people; stock); ;
(benevolent; sympathetic; accommodating; agreeable; amiable)
(cordial)
be kind enough to
(please; be so kind as to)		; ; ; ;
be so kind as to
(please; be kind enough to)		; ; ; ;
that kind of
(such; such a)		; ; ; ;
zo een
; ; ;
that kind of
zo’n soort
(what sort of; what manner of; what); ; ;
🔗 What kind of a man is Underhill, uncle Jesse?
what kind of
(what sort of)
kindly
(affable; friendly; kind; suave; cordial)		;
(affably; friendly; blandly);
🔗 Could I dare to hope that you think kindly of me?
kindly
(good‐hearted; kind)		; ;
kindly
(benign; kind; accommodating; amiable)
kindly
bonvole
kindness
(affability; friendliness)		;
kindness
(favour; boon; grace)		; ; ;
kindness
(goodwill; favour)		; ; ; ; ;
(human race; man; humanity);
🔗 He said the Dragon would be reborn in mankind’s greatest hour of need, and save us all.
unkind
(brutal; gruff; harsh; rough; sour; surly; unpleasant; sullen; disagreeable)		;
unkind
(unobliging)

EngelsNederlands
kind⇆ aard; ⇆ aardig; ⇆ gemoedelijk; ⇆ genre; ⇆ goed; ⇆ goedgunstig; ⇆ heus; ⇆ hups; ⇆ lief; ⇆ slag; ⇆ soort; ⇆ variëteit; ⇆ vriendelijk
a kind of⇆ een soortement
all kinds of⇆ allerhande; ⇆ allerlei; ⇆ velerlei
be kind enough to⇆ wees zo goed
be so kind as to⇆ wees zo goed
I kind of thought so⇆ dat dacht ik wel zo’n beetje
in kind⇆ in natura
kind of⇆ ietwat; ⇆ zo’n beetje
kind to⇆ goed voor
kind to a fault⇆ al te goed; ⇆ doodgoed
’ll do nothing of the kind!⇆ ik denk er niet aan!
nothing of the kind!⇆ niets daarvan!; ⇆ volstrekt niet!
of a kind⇆ van dezelfde soort
of all kinds⇆ van allerlei aard
of two kinds⇆ tweeërhande; ⇆ tweeërlei
our kind⇆ ons soort mensen
repay in kind⇆ met gelijke munt betalen
repay somebody in kind⇆ iemand met gelijke munt betalen
something of the kind⇆ iets dergelijks
that kind of⇆ zo’n soort
two of a kind⇆ twee van dezelfde soort
with kind regards⇆ met vriendelijke groeten
kind‐hearted⇆ gemoedelijk; ⇆ goedhartig; ⇆ goedmoedig
kindly⇆ beleefd; ⇆ goed; ⇆ heus; ⇆ lief; ⇆ vriendelijk; ⇆ welwillend
kindness⇆ dienst; ⇆ goedgunstigheid; ⇆ goedheid; ⇆ heusheid; ⇆ liefheid; ⇆ vriendelijkheid; ⇆ vriendendienst; ⇆ vriendschapsdienst
mankind⇆ de mensen; ⇆ de mensheid; ⇆ het mensdom; ⇆ het menselijk geslacht; ⇆ mensdom; ⇆ mensheid
unkind⇆ onaardig; ⇆ onhartelijk; ⇆ onvriendelijk; ⇆ onwelwillend