Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord huff
Engels | Nederlands |
---|---|
huff | ⇆ blazen; ⇆ boze bui; ⇆ briesen; ⇆ nijdig maken; ⇆ opblazen; ⇆ puffen; ⇆ razen; ⇆ tieren; ⇆ vlaag van woede; ⇆ zich dik maken |
huff and puff | ⇆ razen en tieren |
in a huff | ⇆ gepikeerd |
huffy | ⇆ kwaad; ⇆ lichtgeraakt; ⇆ nijdig; ⇆ opgeblazen; ⇆ pruilerig |