Engels–Nederlands woordenboek
Nederlandse vertaling van het Engelse woord fall into line
Engels | Nederlands (indirect vertaald) | Esperanto |
---|---|---|
(fall off; tumble down; drop) | ; | |
🔗 The inner scales enlarge when spring growth begins and often become an inch long before they fall. | ||
(drop; lapse) | ; ; | |
🔗 The house must have fallen on her. | ||
(drop; lapse) | ||
(autumn) | ; | |
🔗 Reinking is from Morton, Illinois and is believed to have moved to the Nashville area last fall. | ||
(destruction; doom; downfall; perdition; ruin; wreck) | ||
(decline; going down; regression; retreat; setback) | teruggang | |
🔗 Rand almost fell from surprise. | ||
(come about; happen; occur; take place; be afoot; come on; come to pass; be set; transpire) | ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; ; | |
(file; rank; row; queue; round; run; sequence; bank; string) | ; | |
🔗 These were followed by the long line of prisoners accompanied by another officer and a small guard. | ||
subŝtofi | ||
(verse) | ; versregel | |
(align) | in de rij zetten ; in een rij opstellen | vicigi |
(align) | ; in de rij gaan staan ; zich in een rij scharen | viciĝi |
(cord; rope; string; chord) | ; ; | |
(fishing‐line) | ||
(thread; yarn) | ; | |
🔗 The slashes indicate that everything on the right on the same line is a comment. |
Engels | Nederlands |
---|---|
fall into line | ⇆ aantreden; ⇆ zich aansluiten |
fall | ⇆ aanbreken; ⇆ achteruitgaan; ⇆ afnemen; ⇆ afvallen; ⇆ betrekken; ⇆ dalen; ⇆ daling; ⇆ dood; ⇆ flikkeren; ⇆ helling; ⇆ herfst; ⇆ intreden; ⇆ invallen; ⇆ najaar; ⇆ neerkomen; ⇆ neervallen; ⇆ omlaaggaan; ⇆ ondergang; ⇆ ontvallen; ⇆ prijsdaling; ⇆ smakken; ⇆ sneuvelen; ⇆ sodemieteren; ⇆ storten; ⇆ teruggang; ⇆ teruglopen; ⇆ uitvallen; ⇆ val; ⇆ valhoogte; ⇆ vallen; ⇆ verminderen; ⇆ verval; ⇆ vervallen; ⇆ waterval |
line | ⇆ aanpak; ⇆ afzetten; ⇆ artikel; ⇆ assortiment; ⇆ bekleden; ⇆ beleggen; ⇆ beleidslijn; ⇆ beschieten; ⇆ bloedlijn; ⇆ branche; ⇆ briefje; ⇆ file; ⇆ gedragslijn; ⇆ grenslijn; ⇆ groef; ⇆ groeve; ⇆ lijn; ⇆ lijntje; ⇆ linie; ⇆ liniëren; ⇆ methode; ⇆ queue; ⇆ reeks; ⇆ regel; ⇆ regeltje; ⇆ richting; ⇆ richtsnoer; ⇆ rij; ⇆ rimpel; ⇆ scheepvaartlijn; ⇆ schreef; ⇆ snoer; ⇆ spoorlijn; ⇆ staan langs; ⇆ standpunt; ⇆ strafregel; ⇆ streep; ⇆ strepen; ⇆ touw; ⇆ uitlijnen; ⇆ vak; ⇆ voeren |