Engels–Nederlands woordenboek

Nederlandse vertaling van het Engelse woord copulation

Engels → Nederlands
  
EngelsNederlands (indirect vertaald)Esperanto
copulate

EngelsNederlands
copulation koppeling; paring; paringsdaad
copulate cohabiteren; copulatie; copuleren; coïteren; geslachtsgemeenschap; paren; poepen; zich koppelen