English–Dutch dictionary

Dutch translation of the English word tend to

English → Dutch
  
EnglishDutch (translated indirectly)Esperanto
(attend; nurse; care); ;
zorgen voor
🔗 I am sorry, Rand, but I have others to tend to.
tend
(have a tendency; be inclined; be apt to)

EnglishDutch
tend to bijdragen tot; de neiging hebben om; de neiging hebben tot; een neiging hebben om; een neiging hebben tot; strekken tot
tend de neiging hebben om; gericht zijn; hoeden; oppassen; passen op; ten doel hebben; tenderen; verplegen; verzorgen; weiden; zorgen voor